Agenda
De eerstvolgende bijeenkomsten van de Colleges van Belanghebbenden (CvB’s) en het Bestuur zijn:

Op de website van de SGD kunt u zien wie er zitting hebben in de CvB’s. Mocht u opmerkingen of suggesties hebben over de inhoud of de uitvoering van de regelingen, dan kunt u die doorgeven aan uw vertegenwoordigers in de CvB’s of aan het SGD-secretariaat via info@geborgdedierenarts.nl.

Wijziging reglementen en protocollen

Met het opheffen van de Productschappen per 1 januari 2015 heeft de overheid een aantal voorschriften met betrekking tot antibiotica overgenomen in wetgeving. Als gevolg hiervan zijn in het reglement, de 1-op-1 overeenkomst, en het beoordelingsprotocol de verwijzingen naar Productschapsverordeningen vervangen door verwijzingen naar de betreffende wettelijke regelingen.

Er is tevens een voetnoot opgenomen bij GDR 01b in verband met het afleveren van URA-middelen op recept, dit in verband met de juridische procedure versus AGIB bv.

De nieuwe documenten vindt u op de website van de SGD.

Verder is in het reglement een preambule opgenomen ten aanzien van de Gids voor Goede Veterinaire Praktijk voor Voedselproducerende Dieren. Deze wijziging houdt in dat geborgde rundveedierenartsen zich in beginsel aan de algemene normen voor goede veterinaire praktijk inclusief door de beroepsgroep opgestelde richtlijnen zullen houden. Of er ook daadwerkelijk normvoorschriften, voortkomend uit richtlijnen, in het beoordelingsprotocol zullen worden opgenomen, wordt per richtlijn besloten in het CvB. Op dit moment is dit niet het geval.

Besluit minimumeisen bedrijfsgezondheids- en behandelplan
Vanwege het opheffen van de Productschappen zijn ook de Productschapsverordeningen, waarin de minimumeisen aan het bedrijfsgezondheidsplan (BGP) en het bedrijfsbehandelplan (BBP) waren opgenomen, komen te vervallen. In plaats daarvan zijn er minimumeisen aan het BGP en BBP in de Regeling diergeneeskundigen opgenomen. Op advies van het CvB en in samenspraak met de werkgroep TF ABRES rund heeft het SGD-bestuur een aantal aanvullende eisen gesteld aan het BGP en BBP. Deze minimumeisen zijn vastgelegd in het SGD-besluit minimumeisen BGP en BBP. Vanaf 1 januari 2016 zal VERIN controleren of na deze datum opgestelde BGP’s en BBP’s voldoen aan de nieuwe voorschriften en aan de wijzigingen in bestaande voorschriften. De SGD zal ook PMS-leveranciers en QLIP informeren over deze wijziging.

Beslissingsprotocol
Om het permanent oplossen van kleine tekortkomingen te bevorderen heeft de SGD op advies van het CvB besloten om het beslissingsprotocol aan te scherpen. Vanaf 1 juli zal bij opeenvolgende audit bij constatering van herhaalde tekortkoming de sanctie van minor worden omgezet in een major.

VERIN brengt alle geborgde rundveedierenartsen op de hoogte van deze en overige wijzigingen in het reglement, de 1-op-1 overeenkomst, het beoordelings- en beslissingsprotocol die per 1 juli 2015 zullen ingaan.

In het eerste kwartaal van 2015 heeft QLIP in opdracht van de SGD een steekproef gedaan onder geborgde rundveedierenartsen ten aanzien van de uitvoering van de PBB. QLIP heeft hierover gerapporteerd aan het CvB. Naar aanleiding van deze rapportage beraadt het CvB zich over het vervolg van deze pilot. Duidelijk was wel dat dierenartsen over het algemeen PBB wel goed uitvoeren maar vaak onvoldoende op de hoogte zijn van de inhoud van het PBB-beoordelingsprotocol.

Vanaf 18 juni kunt u zich via www.icovet.nl  inschrijven voor het verplichte IOD-BGP. Meer informatie hierover ontvangt u via een separate nieuwsbrief.

Verantwoord gebruik van diergeneesmiddelen is cruciaal voor de voedselveiligheid en het imago van de melkveehouderij. Afnemers en toezichthouders stellen steeds hogere eisen stellen aan de kwaliteit van onze producten, en de manier waarop we deze kwaliteit borgen. Mede namens de zuivelsector brengen we daarom nogmaals het volgende onder uw aandacht.

Aanhouden wachttijd belangrijk
Russische autoriteiten hebben de voorwaarden voor export naar de Russische markt voor alle Europese zuivelondernemingen aangescherpt. Voor tetracyclinen in boerderijmelk hanteert Rusland een norm die 10 keer lager ligt dan de EU-norm. Naar aanleiding hiervan wordt sinds maart 2014 op deze lagere norm extra gecontroleerd. Uit deze controles blijkt dat in boerderijmelk met regelmaat tetracyclinen worden aangetroffen. Op bedrijven waar tetracyclinen worden aangetoond moet een oorzakenanalyse worden uitgevoerd en een verbeterplan worden opgesteld. Uit deze oorzakenanalyse komt in de meeste gevallen naar voren dat de betreffende melkveehouders zich niet hebben gehouden aan de voorgeschreven wachttijd. Het aanhouden van de wachttijd is een belangrijk onderdeel van verantwoord diergeneesmiddelengebruik. Als dierenarts heeft u hier een belangrijke (adviserende) rol in.

Stoffenonderzoek en oorzakenanalyse bij aangetroffen groeiremming
Per 1 mei 2015 wordt van elke leverantie waarin groeiremming is aangetoond standaard een stoffenonderzoek uitgevoerd. Met deze uitslag weet de melkveehouder welke antibiotica in de melk zijn aangetroffen. Naast het stoffenonderzoek wordt en ook een oorzakenanalyse gedaan en een verbeterplan opgesteld om herhaling te voorkomen. De resultaten van de onderzoeken en de oorzakenanalyse en het verbeterplan worden vervolgens gemeld aan COKZ en NVWA.

Wijziging reglementen en protocollen
Met het opheffen van de Productschappen per 1 januari 2015 heeft de overheid een aantal voorschriften met betrekking tot antibiotica overgenomen in wetgeving. Als gevolg hiervan zijn in het reglement, de 1-op-1 overeenkomst, en het beoordelingsprotocol de verwijzingen naar Productschapsverordeningen vervangen door verwijzingen naar de betreffende wettelijke regelingen.

Verder is normvoorschrift GDA 105, dat betrekking had op het registreren van samenwerkingsverbanden, geschrapt omdat aan dit verzoek door de SDa voorlopig geen opvolging is gegeven. Ook is er bij GDR 102 een voetnoot toegevoegd over de aflevering van URA-middelen op recept i.v.m. de juridische procedure van AGIB bv. tegen de SGD.

De nieuwe documenten vindt u op de website van de SGD. VERIN brengt alle geborgde varkensdierenartsen op de hoogte van deze en overige wijzigingen in het reglement, de 1-op-1 overeenkomst, het beoordelings- en beslissingsprotocol die per 1 juli 2015 zullen ingaan.

Online Monitoring
Zowel de sectorpartijen als de dierenartsen in het CvB erkennen de waarde van registratie van gesignaleerde problemen en gestelde diagnoses op basis van waargenomen klinische verschijnselen op varkensbedrijven. Daarom is het invullen van de Online Monitor van de GD per 1 juli opgenomen in het kwaliteitssysteem van de geborgde varkensdierenarts. Er zal voorlopig echter niet op dit normvoorschrift gecontroleerd worden. De komende periode zal besteed worden aan communicatie naar alle belanghebbenden en evaluatie van het systeem door dierenartsen en veehouders.

Veterinaire benchmarkindicator (VBI)
Ook voor geborgde varkensdierenartsen zal binnenkort de eigen VBI inzichtelijk zijn via de beide IKB’s. U ontvangt hierover een separatie nieuwsbrief vanuit de SGD.

Samenstelling CvB-varken
Op voordracht van het CvB heeft het SGD-bestuur op 5 juni jl. Alfred van Lenthe voor 3 jaar herbenoemd als voorzitter van het CvB-varken. Namens de KNMvD is Karien Koenders reglementair afgetreden en opgevolgd door Frans Meulders, die door het SGD-bestuur is benoemd als lid van het CvB-varken voor een termijn van 3 jaar.

Wijziging reglementen en protocollen
Met het opheffen van de Productschappen per 1 januari 2015 heeft de overheid een aantal voorschriften met betrekking tot antibiotica overgenomen in wetgeving. Als gevolg hiervan zijn in de 1-op-1 overeenkomst en het beoordelingsprotocol de verwijzingen naar Productschapsverordeningen vervangen door verwijzingen naar de betreffende wettelijke regelingen.

Verder is normvoorschrift B03, dat handelde over het binnen 14 dagen van afvoer registreren in IKB-CRA van koppels die geen antibiotica ontvangen hadden, geschrapt.

De nieuwe documenten vindt u op de website van de SGD. VERIN brengt alle geborgde pluimveedierenartsen op de hoogte van deze en overige wijzigingen in het reglement, de 1-op-1 overeenkomst, het beoordelings- en beslissingsprotocol die per 1 juli 2015 zullen ingaan.

Format BGP en BBP
Uit de rapportages van VERIN blijkt dat er regelmatig discussie is over de zaken die in het BGP en BBP moeten worden vermeld. In het beoordelingsprotocol is opgenomen dat het BGP en BBP moet voldoen aan de eisen die opgenomen staan in bijlage 15 resp. 9 van de Algemene Voorwaarden van IKB Kip en IKB Ei. Het CvB heeft naar aanleiding van deze discussie besloten dat voor de behandeling met antibiotica in het BBP, een verwijzing naar het formularium binnen de regeling Geborgde Pluimveedierenarts voldoende is. Let wel, in de Regeling diergeneeskundigen worden in   art. 5.17 en 5.18 uitgebreidere eisen gesteld aan het BBP. Voor het BGP geldt dat dierenartsen in overleg met de pluimveehouders bepalen welke thema’s uit het format moeten leiden tot afspraken, die in het BGP worden vastgelegd. Wanneer er over een bepaald thema (bv. klimaat of voeding) geen afspraken worden gemaakt, hoeven deze in het kader van de regeling Geborgde Pluimveedierenarts niet in het BGP te worden opgenomen. Let wel, in de Regeling diergeneeskundigen is opgenomen dat het BGP minimaal een analyse hoort te bevatten van de in art. 5.15 genoemde onderdelen.

Wijziging reglementen en protocollen
Met het opheffen van de Productschappen per 1 januari 2015 heeft de overheid een aantal voorschriften met betrekking tot antibiotica overgenomen in wetgeving. Als gevolg hiervan zijn in de 1-op-1 overeenkomst en het beoordelingsprotocol de verwijzingen naar Productschapsverordeningen vervangen door verwijzingen naar de betreffende wettelijke regelingen.

Verder is in het beoordelingsprotocol normvoorschrift VKA 02b geschrapt, waarmee de verplichting dat de vervangende dierenarts onder het eigen UDN diergeneesmiddelen registreert in de aangewezen databank komt te vervallen. Vanzelfsprekend moeten deze diergeneesmiddelen wel door de 1-op-1 dierenarts geregistreerd worden.

De nieuwe documenten vindt u op de website van de SGD. VERIN brengt alle geborgde vleeskalverdierenartsen op de hoogte van deze en overige wijzigingen in het reglement, de 1-op-1 overeenkomst, het beoordelings- en beslissingsprotocol die per 1 juli 2015 zullen ingaan.

Basiscursus en nascholing Geborgde Vleeskalverdierenartsen
Het CvB is akkoord gegaan met een voorstel voor de inrichting van een keuzecoschap aan de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. Door het volgen van dit coschap wordt voldaan aan het ingangscriterium: het volgen van een basiscursus Geborgde Vleeskalverdierenarts.

Zij-instromers kunnen in het register worden opgenomen onder de voorwaarde dat zij alsnog een (aangepaste) ingangscursus volgen, zoals alle geborgde kalverdierenartsen dat in 2014 hebben gedaan. Er wordt onderzocht of het mogelijk is om dit te combineren met het programma dat studenten op de faculteit Diergeneeskunde volgen.

Het CvB overweegt verder om voor 2016 (eenmalig) een verplicht intercollegiaal overleg over het bedrijfsgezondheidsplan in te voeren. Het CvB nodigt in dat kader marktpartijen uit om voorstellen daarvoor in te dienen bij het CvB. De SGD heeft voor de erkenning van nascholing criteria opgesteld waaraan nascholingsaanbieders moeten voldoen.