|
SGD nieuwsbrief december 2014 | |||||||||||||||
Uitschrijven - webversie | |||||||||||||||
Periodieke nieuwsbrief | |||||||||||||||
De Stichting Geborgde Dierenarts (SGD) gaat vanaf nu via een digitale nieuwsbrief alle deelnemers aan het kwaliteitssysteem geborgde dierenarts vier keer per jaar informeren over de gang van zaken. U ontvangt deze nieuwsbrief automatisch omdat u ingeschreven staat in één van de (voorlopige) registers. Afmelden voor deze nieuwsbrief kan hier. In deze nieuwsbrief vindt u naast de diersoortspecifieke berichten ook informatie over de volgende onderwerpen: |
|||||||||||||||
Verbetertraject gekoppeld aan de Veterinaire Benchmark Indicator (VBI) | |||||||||||||||
De SGD heeft op verzoek van de SDa de VBI-berekening ingebouwd in de verschillende databases, zodat dierenartsen inzage krijgen in hun eigen VBI en daarmee hun voorschrijfpatroon van antibiotica kunnen benchmarken met collega’s. Voor de geborgde rundveedierenarts (InfoRund), de geborgde pluimveedierenarts (IKB-CRA) en de geborgde vleeskalverdierenarts (InfoKalf) is dit inmiddels gerealiseerd. Voor de geborgde varkensdierenartsen wordt dit begin 2015 opgeleverd.
Daarop aansluitend heeft het SGD-bestuur op advies van de CvB’s besloten dat deelnemende dierenartsen waarvan de VBI in het actiegebied zit, deel moeten nemen aan een verbetertraject, net zoals dat geldt voor veehouders in het actiegebied. Dit betekent dat dierenartsen die in het actiegebied liggen zich met hun veehouders moeten inspannen om verbeteringen te realiseren met als doel om uiteindelijk uit het actiegebied te komen. In het beoordelingsprotocol van de verschillende regelingen wordt verwezen naar het door de SGD vastgestelde verbetertraject. Daarin is aangegeven hoe aan de inspanningsverplichting voldaan kan worden. Voor de verschillende regelingen zullen de Colleges van Belanghebbenden (CvB’s) in 2015 het verbetertraject nog nader uitwerken. Het CvB voor de Geborgde Rundveedierenarts heeft daar met een addendum reeds een nadere invulling aan gegeven. |
|||||||||||||||
Informatiebijeenkomsten over VBI, Verbetertraject | |||||||||||||||
De SGD organiseert binnenkort samen met SDa en partijen uit de CvB’s informatiebijeenkomsten voor alle geborgde dierenartsen over de VBI en het daaraan gekoppelde Verbetertraject. Deze bijeenkomsten worden begin volgend jaar gehouden. Er worden drie bijeenkomsten gehouden gericht op alle sectoren en drie bijeenkomsten specifiek gericht op de rundveedierenartsen. Hiervoor is gekozen omdat voor rundveedierenartsen vanaf komend jaar ook de inhoudelijke toetsing van het Periodiek Bedrijfsbezoek (PBB) en Bedrijfsgezondheidsplan (BGP) aan de orde is – zie verderop in deze nieuwsbrief. Die onderwerpen komen alleen aan bod tijdens de informatiebijeenkomsten voor de rundveedierenartsen.
De volgende datums staan voorlopig gereserveerd voor deze informatiebijeenkomsten:
9 februari 2015, 19.00 uur: overige geborgde dierenartsen (zuid) U wordt spoedig geïnformeerd over de definitieve datums, tijdstippen en locaties. |
|||||||||||||||
Deelnamekosten | |||||||||||||||
Het SGD-bestuur heeft de tarieven voor deelname per regeling voor 2015 vastgesteld op € 150. De verhoging van het tarief komt voort uit toegenomen kosten voor ondersteuning van de CvB’s en bestuur en een aantal investeringen in ICT. Het tarief wordt door de CI (VERIN) in rekening gebracht, gecombineerd met de kosten voor de audit, beoordeling en certificering door VERIN. Om de kosten van deelname te verminderen zal het SGD-bestuur in 2015 in overleg met de CvB’s nagaan op welke wijze auditkosten kunnen worden verminderd. Een mogelijkheid zou kunnen zijn de deelnemers bij wie geen tekortkomingen worden geconstateerd in de toekomst minder frequent te toetsen. |
|||||||||||||||
Wijziging overeenkomsten | |||||||||||||||
In de praktijk komt het voor dat een aantal specialistische veterinaire handelingen door andere dierenartsen dan de 1-op-1-dierenarts of diens plaatsvervanger worden uitgevoerd. Denk daarbij bijvoorbeeld aan tweedelijns vruchtbaarheidsbegeleiding in de rundveesector. De SGD heeft in de overeenkomsten tussen veehouders en dierenarts opgenomen dat de geborgde dierenarts zich na instemming van de veehouder mag laten bijstaan door een andere dierenarts met specifieke kundigheid, expertise of ervaring. Daarmee sluit de SGD aan bij de mogelijkheden die de UDD-regeling biedt. Bij nieuw af te sluiten overeenkomsten moet dit worden opgenomen (format te vinden op www.geborgdedierenarts.nl). Bestaande overeenkomsten hoeven niet te worden aangepast omdat deze bepaling ook in het reglement is opgenomen. Omdat dit niet in de pluimveesector speelt, is het niet in de overeenkomst voor de Geborgde Pluimveedierenarts opgenomen. |
|||||||||||||||
Agenda | |||||||||||||||
De eerstvolgende bijeenkomsten van de Colleges van Belanghebbenden (CvB’s) en het Bestuur zijn:
Op de website van de SGD kunt u zien wie er zitting hebben in de CvB’s. Mocht u opmerkingen of suggesties hebben over de inhoud of de uitvoering van de regelingen, dan kunt u die doorgeven aan uw vertegenwoordigers in de CvB’s of aan het SGD-secretariaat via info@geborgdedierenarts.nl. |
|||||||||||||||
Hieronder vindt u informatie specifiek gerelateerd aan de afzonderlijke regelingen: | |||||||||||||||
Geborgde rundveedierenarts | |||||||||||||||
Belangrijkste tekortkomingen die VERIN aantreft | |||||||||||||||
Elk kwartaal rapporteert VERIN over de bevindingen die zij hebben gedaan tijdens de audits. De belangrijkste en regelmatig voorkomende tekortkomingen zijn de volgende:
Dierenartsen worden geadviseerd om geconstateerde tekortkomingen structureel te herstellen, zodat deze bij een volgende audit niet terugkeren. Het CvB heeft afgesproken een voorstel voor een bonus/malus-systeem te gaan uitwerken, zodat enerzijds dierenartsen die alles goed voor elkaar hebben mogelijk voor een lagere controlefrequentie en lagere deelnemersbijdrage in aanmerking kunnen komen en anderzijds worden bij recidivisten telkens terugkerende tekortkomingen zwaarder gewogen. Daar waar PMS-systemen het registratieproces van middelen niet goed ondersteunen, is het verstandig dat dierenartsen zich tot de PMS-leverancier richten om verbeteringen in de softwarepakketten doorgevoerd te krijgen. |
|||||||||||||||
Bijwoningen PBB | |||||||||||||||
Vanaf 1 januari 2015 worden Geborgde Rundveedierenartsen steekproefsgewijs inhoudelijk getoetst op de uitvoering van het Periodiek Bedrijfsbezoek (PBB). Doel hiervan is om de kwaliteit van uitvoering van het PBB te borgen. Dat is nodig omdat de zuivelsector via het PBB en hun kwaliteitssystemen invulling geeft aan het criterium ‘melk leveren van gezonde dieren’, dat is vastgelegd in Europese verordeningen. In de eerste maanden van 2015 wordt een pilot uitgevoerd, waarvan de kosten door de SGD worden gefinancierd. De inhoudelijk toetsing wordt uitgevoerd via bijwoningen, uitgevoerd door dierenartsen van Qlip. In april/mei volgt een evaluatie en wordt door het CvB besloten hoe daarna verder te gaan. Deze toetsing is via een nieuw normvoorschrift opgenomen in het beoordelingsprotocol. De Certificerende Instelling (VERIN) ziet toe op naleving. Als het PBB onvoldoende wordt uitgevoerd, dat wil zeggen als vastgesteld wordt dat niet alle diergroepen gezien zijn of geen correct aantal attentiedieren is aangemerkt, kan de CI binnen 3 maanden een nieuwe bijwoning laten uitvoeren op kosten van de betreffende dierenarts. |
|||||||||||||||
Inhoudelijk toetsen BGP’s | |||||||||||||||
In 2015 moeten alle Geborgde Rundveedierenartsen gaan deelnemen aan een intercollegiaal overleg gericht op het opstellen van bedrijfsgezondheidsplannen (BGP’s). Op die wijze wil het CvB de kwaliteit van BGP’s borgen en daar waar nodig de kwaliteit verhogen, om daarmee de diergezondheid op de bedrijven verder te verbeteren. Deze toetsing is op nadrukkelijk verzoek van de zuivelsector opgenomen. Naast de inhoud van een BGP wordt tijdens het intercollegiaal overleg aandacht besteed aan het aspect van overbrengen van die inhoud en de adviezen aan de veehouder. Het overleg wordt onder leiding van een daarvoor aangewezen extern deskundige gevoerd, die tevens rapporteert over de deelname en de deelnemers beoordeelt. Een onvoldoende beoordeling telt vanaf 2016 als een major tekortkoming. Er wordt zo veel mogelijk aangesloten bij bestaande structuren/ overleggroepen. Begin 2015 volgt nadere informatie. Mocht u zich nu (als groep) al willen aanmelden, dan kunt u dat doen via info@geborgdedierenarts.nl. Er wordt dan contact met u opgenomen om het overleg in te plannen. |
|||||||||||||||
Wijzigingen beoordelingsprotocol | |||||||||||||||
Naast de nieuwe normvoorschriften voor de toetsing op het PBB en BGP en de invoering van het verbetertraject gekoppeld aan de VBI, is er een vereenvoudiging in het beoordelings-protocol doorgevoerd. Op het BGP hoeft geen vergelijking meer te worden opgenomen met andere melk- of vleesveebedrijven. Dit voorschrift was voor de veehouders al niet meer verplicht en geschrapt uit de verordening van het Productschap Vee en Vlees. Het beoordelingsprotocol is daarmee nu in overeenstemming gebracht. |
|
||||||||||||||
Beschikbaarheid digitale versie bilaterale overeenkomst | |||||||||||||||
Via de website van de SGD waren de bilaterale overeenkomsten voor rundveedierenartsen in drie vormen beschikbaar: 1) een papieren/printversie, 2) een digitale versie en 3) een digitale versie via InfoRund. Nu de digitale versie via InfoRund al enige tijd beschikbaar is en om kosten te besparen, wordt gestopt met beschikbaarstelling van de oudere (2) digitale versie. Deze versie vindt u straks niet meer op de SGD-website. |
|||||||||||||||
Bedrijfsbehandelplannen (BBP’s) | |||||||||||||||
Een van de voorschriften voor een bedrijfsbehandelplan is dat de standaardbehandelingen worden vermeld voor de voorkomende aandoeningen op het bedrijf. Overeenkomstig de eisen die vanuit de zuivel aan de veehouders gesteld worden, dienen voor de rundveesector de middelen op middelnaam te worden weergegeven en niet op werkbare stof. Ingeval een middel tijdelijk niet voorhanden is, kan dit door de dierenarts schriftelijk aan zijn veehouders worden bericht. De veehouder dient dat bericht als addendum aan zijn BBP toe te voegen. Dit laatste wordt nog wel eens vergeten door de veehouder; het is daarom verstandig uw veehouder daar expliciet op te wijzen. |
|||||||||||||||
VBI inzichtelijk voor 1-op-1-relaties | |||||||||||||||
Partijen betrokken bij de antibiotica-aanpak hebben destijds in SDa-verband afgesproken dat over en weer inzicht wordt gegeven in de resultaten van de antibiotica-aanpak, om zo maximale transparantie te bereiken. Dat betekent dat de VBI van de dierenarts inzichtelijk wordt gemaakt voor zijn 1-op-1-relaties. Het CvB heeft besloten dat op te nemen in de bilaterale overeenkomst en het reglement voor de geborgde rundveedierenartsen. Op dit moment is de VBI-berekening van de rundveedierenartsen digitaal beschikbaar via InfoRund. Deze VBI’s worden nu inzichtelijk gemaakt, uitsluitend voor de 1-op-1-relaties van de betreffende dierenarts. |
|||||||||||||||
Basiscursus en ‘Najaarsbijeenkomst’ Geborgde Rundveedierenarts | |||||||||||||||
Voor rundveedierenartsen die in het verleden nog niet hebben deelgenomen aan de Basiscursus en/of ‘Najaarsbijeenkomst’ Geborgde Rundveedierenarts, worden deze cursussen begin volgend jaar weer georganiseerd. Alle Geborgde Rundveedierenartsen moeten deze cursussen eenmalig gevolgd hebben. De Basiscursus wordt gegeven op 11 maart 2015. De ‘Najaarsbijeenkomst’ wordt voor de laatste keer gegeven op 10 februari 2015, daarna is dit onderdeel van de Basiscursus. Opgeven kan via de website van de KNMvD (onder ‘Agenda’). |
|||||||||||||||
Geborgde varkensdierenarts | |||||||||||||||
Wijziging reglement | |||||||||||||||
In het reglement van de Geborgde Varkensdierenarts is een wijziging aangebracht, waardoor bij verandering van dierenarts de varkenshouder verantwoordelijk is voor overdracht van het dossier naar de nieuwe dierenarts. Hiermee wordt aangesloten bij de UDD-regeling van de overheid. Bij beëindiging van de overeenkomst met een varkenshouder dient de voorgaande dierenarts op verzoek van de nieuwe dierenarts wel mee te werken om het dossier van de varkenshouder binnen 5 werkdagen over te dragen. |
|||||||||||||||
Wijzigingen beoordelingsprotocol | |||||||||||||||
In het CvB is eerder gesproken over de verdeling van de verantwoordelijkheid tussen dierenarts en varkenshouder met betrekking tot de (digitale) handtekening op de 1-op-1-overeenkomst, BGP en BBP. Nu is toegevoegd dat ingeval een (digitale) handtekening van de varkenshouder ontbreekt, de deelnemende varkensdierenarts moet kunnen aantonen dat hij deze varkenshouder (bijvoorbeeld via een e-mail of brief) tijdig op diens verplichting heeft gewezen. In dat geval krijgt de dierenarts op dit punt geen tekortkoming tijdens de audit door VERIN. Overigens zullen de varkenshouders waarvan de digitale handtekening nog ontbreekt, ook rechtstreeks door VERIN worden aangeschreven. |
|||||||||||||||
VBI-berekening varkensdierenartsen | |||||||||||||||
Het CvB heeft diverse mogelijkheden onderzocht voor de berekening van de VBI voor varkensdierenartsen. Daarbij is vastgesteld dat vanwege de opheffing van het Productschap Vee en Vlees en de inrichting van nieuwe structuren een tijdelijke oplossing de best haalbare optie is. De SDa gaat de VBI 4 keer per jaar berekenen, waarna de VBI via beide IKB-systemen inzichtelijk wordt gemaakt voor de dierenartsen. Hieraan zal in het eerste kwartaal van 2015 invulling worden gegeven. Zodra dit functioneert en de eerste VBI-berekening is/wordt uitgevoerd, worden alle Geborgde Varkensdierenartsen daarover geïnformeerd. |
|||||||||||||||
Geborgde pluimveedierenarts | |||||||||||||||
Geborgde Pluimveedierenarts in IKB Ei | |||||||||||||||
Vanaf 1 januari 2015 wordt in navolging van IKB Kip in de regeling IKB Ei opgenomen dat pluimveehouders in de eiersector een overeenkomst moeten hebben met een Geborgde Pluimveedierenarts. Dat betekent dat de pluimveedierenarts die diensten verleent op een pluimveebedrijf uit de eierkolom, geregistreerd moet zijn als Geborgde Pluimveedierenarts. Pluimveedierenartsen die (vanwege IKB Kip) al in het register Geborgde Pluimveedierenarts zijn opgenomen voldoen; verdere actie is dan niet nodig. Pluimveedierenartsen die nog niet geregistreerd zijn en wel diensten willen blijven verlenen aan IKB Ei bedrijven, krijgen tot 1 april 2015 de tijd om zich bij de CI (VERIN) aan te melden. |
|||||||||||||||
Wijzigingen beoordelingsprotocol | |||||||||||||||
In het beoordelingsprotocol zijn enkele wijzigingen aangebracht, waarvan de belangrijkste zijn:
|
|||||||||||||||
Geborgde vleeskalverdierenarts | |||||||||||||||
Rapportage VERIN - belangrijkste tekortkomingen | |||||||||||||||
Elk kwartaal rapporteert VERIN over de bevindingen die zij hebben gedaan tijdens de audits. De belangrijkste en regelmatig voorkomende tekortkomingen zijn de volgende:
|
|||||||||||||||
Wijzigingen beoordelingsprotocol | |||||||||||||||
De belangrijkste wijzigingen in het beoordelingsprotocol voor de Geborgde Vleeskalverdierenarts zijn de volgende:
|
|||||||||||||||
Facturen VERIN voor audits op vleeskalverbedrijven | |||||||||||||||
In januari 2015 worden door VERIN facturen naar vleeskalverdierenartsen gestuurd voor de controles op normvoorschriften die in 2014 zijn uitgevoerd bij de kalverhouders. Dit betrof een 100% controle van een aantal normvoorschriften uit de regeling Geborgde Vleeskalverdierenarts, die bij de kalverhouder werden gecontroleerd. De afspraak om binnen de regeling gebruik te maken van deze bestaande controlesystematiek bij de kalverhouders is destijds in het CvB gemaakt, maar zal vanaf volgend jaar niet meer worden gehanteerd (zie hiervoor onder Wijzigingen beoordelingsprotocol). Dan wordt volledig overgeschakeld naar een (jaarlijkse) audit op de dierenartspraktijk, waar die punten dan steekproefsgewijs worden gecontroleerd. De controle op de praktijk vergt dan iets meer tijd, maar over het geheel bezien levert dat toch een aanzienlijke besparing op in auditkosten doordat de rekening voor de controles bij de kalverhouders volledig vervalt. |
|
||||||||||||||
VBI inzichtelijk voor 1-op-1-relaties | |||||||||||||||
Partijen betrokken bij de antibiotica-aanpak hebben destijds in SDa-verband afgesproken dat over en weer inzicht wordt gegeven in de resultaten van de antibiotica-aanpak, om zo maximale transparantie te bereiken. Dat betekent dat de VBI van de dierenarts inzichtelijk wordt gemaakt voor zijn 1-op-1-relaties. Het CvB heeft besloten dit op te nemen in het reglement voor de geborgde vleeskalverdierenartsen. Op dit moment is de VBI-berekening van deze dierenartsen digitaal beschikbaar via InfoKalf. Deze VBI’s worden nu inzichtelijk gemaakt, uitsluitend voor de 1-op-1-relaties van de betreffende vleeskalverdierenarts. Betrokken partijen behandelen deze gegevens vertrouwelijk en mogen deze niet aan derden ter beschikking stellen. |