Bekijk in browser

logo
 
 
 
 
 

SGD nieuwsbrief aan de geborgde dierenartsen

 

Datum: 16 juli 2025

Beste geborgde dierenarts,

Zoals gebruikelijk wil het SGD-secretariaat u graag in deze nieuwsbrief informeren over enkele zaken, die in de eerste halfjaar van 2025 binnen de Colleges van Belanghebbenden (CvB’s) en het bestuur besproken werden. Het gaat hierbij niet om grote veranderingen, maar wel om verschillende ontwikkelingen en vraagstukken die wij graag bij u onder de aandacht brengen.

Algemeen

Opmerkingen naar aanleiding van de audits

Aan het begin van dit jaar zijn de audits over kalenderjaar 2024 geëvalueerd. Een aantal bevindingen brengen we graag onder uw aandacht.

  • Na afloop van het kalenderjaar 2024 zijn alle geborgde dierenartsen met een VBI in het actiegebied aangeschreven om deel te nemen aan het VBI-verbetertraject. Sinds dit jaar is het VBI-verbetertraject uitgebreider dan voorgaande jaren. Klik hier om dit te lezen.   
  • De ’14-dagen termijn’ waarbinnen de medicijnleveranties moeten zijn aangeleverd bij de aangewezen databank is binnen de SGD-regelingen een aandachtspunt. We vragen alle geborgde dierenartsen om alert te blijven op dit punt en eventuele ICT-partners binnen uw praktijk te wijzen op het belang van de wettelijke registratie in de databank.
  • Op basis van de resultaten van de audits over 2024 concluderen wij dat geborgde dierenartsen goed kunnen voldoen aan de eisen met betrekking tot het volgen van nascholing (100 punten in 5 jaar, minimaal 15 punten per kalenderjaar). Het overgrote gedeelte van de geborgde dierenartsen kan tijdens de audits het eigen scholingsoverzicht laten zien en dit voldoet dan ook aan de vereisten. Het is belangrijk om uw scholingsoverzicht up-to-date te houden en onderliggende documenten zoals deelnemerscertificaten klaar te hebben liggen.
  • Wat zijn ook alweer de eisen aan het scholingsoverzicht?
    • Naam dierenarts evt. UDN/CIBG
    • Datum van de scholing
    • Naam van de scholing
    • Aanbieder van de scholing
    • Punten of studiebelastingsuren
  • Meer vragen over nascholing? Hier vindt u de veel gestelde vragen.

De WVAB-formularia blijven leidend voor geborgde dierenartsen

Bij het voorschrijven van antibiotica dient volgens de normvoorschriften van de SGD gebruik te worden gemaakt van de meest recente adviezen voor het veterinair antibioticumbeleid zoals gepubliceerd op de website van de Werkgroep Veterinair Antibioticumbeleid (WVAB) of diens opvolger. Deze adviezen zijn de diersoort-specifiek Formularia, die de evidence-based toepassing van antibiotica en het nationale beleid in Nederland weerspiegelen. De formularia worden door de beroepsgroep dierenartsen opgesteld en beheerd. Op de website van de WVAB kunt u de geldende Formularia raadplegen.

In overleg met LVVN is een nieuwe werkgroep (nWVAB) opgericht om de Formularia te actualiseren. Hierbij wordt ook de nieuwe classificatie van antibiotica door de EMA (European Medicines Agency) meegenomen. De herziening zal naar verwachting 1-2 jaar duren. De SGD heeft reeds bij de KNMvD en het CPD aangedrongen om prioriteit te geven aan de Formularia voor landbouwhuisdieren. Zodra de nieuwe Formularia gepubliceerd zijn, zal de SGD deze meteen in haar beoordelingsprotocollen opnemen.
Op dit moment (en tot de nieuwe Formularia beschikbaar zijn) worden tijdens de audits zoals gebruikelijk de bestaande WVAB- Formularia gehandhaafd. Dit betekent, dat er indien er antibiotica worden voorgeschreven waarbij wordt afgeweken van de bepalingen in de huidige (nog geldige) Formularia, dat in het bedrijfsdossier het volgende vermeld moet worden:

  • duidelijke (wetenschappelijke en casus-relevante) argumentatie waarom er wordt afgeweken van het Formularium. Daarbij geldt dat het enkel verwijzen naar de EMA- classificatie niet voldoende is,
  • de veehouder aantoonbaar geïnformeerd wordt dat er wordt afgeweken van het formularium.

Voor de opname van antibiotica op het bedrijfsbehandelplan (BBP) geldt dat de classificatie indeling van de huidige formularia gehanteerd blijft. Dit betekent dat eerste-keuzemiddelen voor bedrijfsspecifieke aandoeningen opgenomen mogen worden. Tweede-keuzemiddelen, conform huidige classificatie in de formularia, mogen onder voorwaarden opgenomen worden op het BBP. Deze (wettelijke) eisen zijn:

  • maximaal voor drie bedrijfsspecifieke aandoeningen een tweede-keuzemiddel,
  • noodzaak voor directe inzet opgenomen in BGP,
  • maatregelen om uitbraak van betreffende aandoening te voorkomen/beperken opgenomen in BGP, en
  • kleinere gebruiksvoorraad op de veehouderijbedrijven.

Administratieve verplichtingen bij voorschrijven, afleveren en toepassen diergeneesmiddelen: hoe zat het ook alweer?

Op basis van de resultaten van de audits over 2024 is te zien dat de geborgde dierenartsen hun praktijkmanagementsystemen en werkwijze hebben aangepast aan de (vernieuwde) wettelijke eisen. De wettelijke eisen gaan uit van drie situaties waar de SGD haar normvoorschriften op heeft aangepast. Hoe zat het ook alweer? Zie hieronder de tabel met de verplichtingen die binnen de SGD-regelingen gelden.

Eisen

Voorschrift

Afleveren

Toepassen

Identificatie van het diersoort, diercategorie of dier/groep dieren

Ja

Ja

Ja

Naam en contactgegevens houder incl. UBN of KIP-nummer

Ja

Ja

Ja

Datum van uitschrijven/afleveren/toepassen

Ja

Ja

Ja

Naam en contactgegevens van de dierenarts

Ja

Ja

Ja

Handtekening dierenarts incl. CIBG-nummer

Ja

 

 

Naam van het diergeneesmiddel

Ja

Ja

Ja

De werkzame stof

Ja

Ja

 

De farmaceutische vorm

Ja

Ja

 

De sterkte (bijv. mg/ml)

Ja

Ja

 

De voorgeschreven/afgeleverde of toegediende hoeveelheid en grootte van de verpakking

Ja

Ja

Ja

Het doseringsschema

Ja

Ja

Ja

RegNL

 

Ja

Ja

Batch/partij nummer

 

Ja

Ja

De wachttijd (zelfs als deze nul is)

Ja

Ja

Ja

Denk aan de (administratieve) verplichtingen bij dossieroverdracht

Dossieroverdracht is noodzakelijk indien de 1-op-1 dierenarts wijzigt (zowel binnen een praktijk als een nieuwe klant van buiten de eigen praktijk). Per 1 januari 2025 is het normvoorschrift aangepast. U kunt nu het dossier, binnen 3 maanden, opvragen bij de veehouder of de voorgaande dierenarts. Het overdrachtsdossier bevat: 

  • het BGP,
  • het BBP,
  • reden van beëindiging overeenkomst en
  • verslagen van recente (reguliere) bedrijfsbezoeken.

Bij wisseling van 1-op-1 dierenarts binnen dezelfde praktijk is het vaak niet nodig om een dossier op te stellen omdat de dierenartsen gebruik maken van hetzelfde PMS en dus het bedrijfsdossier kunnen inzien. Wel is het dan belangrijk om kennis te nemen van het BGP en BBP, het eventueel te updaten, aan te passen en te accorderen.

Internetconsultatie AMvB Dierwaardige Veehouderij

Op dit moment is er een openbare internetconsultatie voor het Besluit Dierwaardige Veehouderij. De AMvB Dierwaardige Veehouderij heeft ook impact op het veterinair handelen op veehouderijbedrijven en daarom attenderen wij u op de mogelijkheid om tot 5 augustus a.s. te reageren op deze AMvB. Meer informatie kunt u hier vinden.


CvB Geborgd Rundveedierenarts

BGP-tool gestopt 

In het eerste kwartaal van 2025 heeft de SGD ook de laatste activiteiten met betrekking tot de BGP-tool gestopt. Alle opgeslagen gegevens zijn, conform de privacywetgeving, verwijderd.
Gebruikers zijn hierover geïnformeerd.
Meer informatie over de huidige eisen van het BGP-melkvee kunt u hier terugvinden.

Bericht uit de sector: Melkveehouders die deelnemen aan On the way to PlanetProof zullen hun (begeleidend) dierenarts vragen om het KoeKompas te evalueren en enkele specifieke diergezondheidscriteria mee te nemen bij de evaluatie.

Op verzoek van Stichting Milieukeur (SMK) vragen wij uw aandacht voor de wijzigingen in het certificatieschema van On the way to PlanetProof melk. Indien u veterinaire diensten verleent aan melkveehouders die aan dit certificatieschema moeten voldoen dan kunt u uw dienstverlening hierop aanpassen. De wijzigingen in het certificatieschema On the way to PlanetProof melk hebben geen effect op de Regeling Geborgde Rundveedierenarts.
Het nieuwe certificatieschema van On the way to PlanetProof verplicht melkveehouders om onder andere actief de diergezondheid te monitoren. Hierbij is er een belangrijke rol voor de (begeleidende) geborgde Rundveedierenarts neergelegd die o.a. het KoeKompas opstelt. SMK heeft speciaal voor de begeleidende dierenartsen een overzicht gemaakt met de eisen. 
Belangrijkste is dat er vanaf dit jaar naast de evaluatie van het KoeKompas ook de uiergezondheid en slachtbevindingen besproken moeten worden. Dit kan tegelijk met de evaluatie KoeKompas. SMK heeft hiervoor een vernieuwd document ter beschikking gesteld (zie verslag evaluatie KoeKompas SMK).


CvB Geborgde Varkensdierenarts

Registratie diergeneesmiddelen verloopt goed

Naar aanleiding van de audits is er positief nieuws voor de geborgde varkensdierenartsen. Het aantal tekortkomingen met betrekking tot het doorleveren van medicijnleveranties binnen 14 dagen in de aangewezen databank is lager dan voorgaande jaren en structureel lager dan bij de overige regelingen. Ook de administratieve verplichtingen bij het afleveren en toedienen van diergeneesmiddelen gaan erg goed. Een aandachtspunt blijft administratieve eisen bij eventuele voorschriften (oude recept). Zie bovenstaande tabel voor de eisen binnen de SGD-regelingen. 


CvB Geborgde Pluimveedierenarts

Bericht uit de sector: Bioveiligheidsplan verplicht in de pluimveesector

AVINED heeft pluimveehouders geïnformeerd over het wettelijk verplichte bioveiligheidsplan (BVP). Het betekent dat pluimveehouders voor 01-10-2026 een bioveiligheidsplan moeten laten opstellen door de bedrijfseigen dierenarts. Het bioveiligheidsplan kan een onderdeel zijn van het Bedrijfsgezondheidsplan (BGP). Klk hier voor meer informatie.
Op dit moment wordt er gezamenlijk met de sector gewerkt aan een aanpassing op het huidige Model BGP Kip en Ei. Op die manier zal het Bioveiligheidsplan ook ingebed worden in de Regeling Geborgde Pluimveedierenarts.

Vervangende dierenarts goed geadministreerd?

Binnen de Regeling Geborgde Pluimveedierenarts wordt de overeenkomst pluimveehouder en geborgde Pluimveedierenarts gebruikt. In de databank CRA wordt gemeld welke dierenarts een overeenkomst heeft met welk pluimveebedrijf. Deze registratie verloopt binnen de Regeling Geborgde Pluimveedierenarts heel goed. Het is belangrijk dat daarnaast ook inzichtelijk is welke dierenarts mag optreden als vervanger. U moet dit inzichtelijk maken aan de klant (pluimveehouder) en het moet inzichtelijk zijn dat u als dierenarts op de hoogte/akkoord bent dat collega dierenartsen van binnen of buiten uw reguliere dierenartspraktijk u vervangen. Het communiceren naar de klant kan bijvoorbeeld middels een nieuwsbrief. Het inzichtelijk maken dat u met collega’s vervanging- en dienstafspraken heeft gemaakt kan middels een document op de praktijk. Dit up-to-date (vervangings)document kunt u klaarleggen voor de audit. Klik hier voor het voorbeeld vervangingsdocument.


CvB Geborgde Vleeskalverdierenarts

Bedrijfsgezondheidsplan en Bedrijfsbehandelplan opstellen bij nieuwe klant

Bij de behandeling van de aanpassing van het normvoorschrift met betrekking tot dossieroverdracht viel op dat de grootste administratieve last vaak zit in de termijn van het opstellen van een nieuw BGP en BBP bij start van een nieuwe overeenkomst. Het BGP en het BBP moeten jaarlijks geüpdatet en indien nodig herzien worden. Het is mogelijk om als nieuwe dierenarts het mede BGP van de voorgaande dierenarts te gebruiken om een inschatting te maken van de diergezondheidssituatie op het bedrijf. Daarom is de volgende werkwijze afgesproken voor het beoordelen of er een actueel (geldig) BGP en BBP aanwezig is op het kalverbedrijf bij nieuw gestarte 1-op-1 relatie:

  • Binnen 14 dagen na start 1-op-1 overeenkomst een aanvulling op bestaand (nog geldig) BGP, of zoveel eerder als dat er diergeneesmiddelen ter hand gesteld worden aan de kalverhouder.
    • De aanvulling op het BGP omvat naam kalverhouder, UBN, naam dierenarts, CIBG/UDN, datum van opstellen, datum van opgesteld BGP waar naar verwezen wordt (incl. als bijlage dat betreffende BGP), een algemene conclusie of dierenarts zich op de korte termijn kan vinden in opgestelde actiepunten of evt. aanpassing daarop.
    • Binnen 14 dagen na start 1-op-1 overeenkomst een nieuw BBP, of zoveel eerder als dat er diergeneesmiddelen ter hand gesteld worden aan de kalverhouder.
    • Binnen 3 maanden na start 1-op-1 overeenkomst een nieuw of volledig herziend BGP.

Bestuur en secretariaat van de SGD wensen u een prettige zomer(-vakantie) toe.

Namens het bestuur en secretariaat
Johanna Fink-Gremmels
        

 

 

Stichting Geborgde Dierenarts
Papiermolen 38
3994 DK Houten
085 3034817

 

info@geborgdedierenarts.nl